Wanneer is kleur goed genoeg?
In navolging op mijn visie over vormgeven een min of meer in dezelfde lijn liggende discussie over kleur. In kleur zit creativiteit, emotie en techniek. Als deelnemer aan een commissie die standaarden neerzet op het gebied van digitale document verwerking voor advertenties, kwam van de week een – bijna verouderde – vraag terug over softproofing. Wie kent dat nog?
Het was ooit een techniek, die al bestond in de tijden dat we nog niets wisten van internet. Peperdure (analoge) beeldschermen, met talloze knopjes en meetinstrumenten om zo kleurecht mogelijk de werkelijkheid van drukken met inkten op papier na te bootsen. In die tijd werd veel geld verdiend aan advertenties voor tijdschriften en kranten en werden uren besteed aan de plusjes en minnetjes in kleur. Reclamebureaus die enorme sommen geld verdienden aan adverteerders die niet beter wisten. Prepress bedrijven, die oneindig lang met loepjes boven een beeldje hingen en met deskundigen aan tafel aan het overleggen waren hoe ‘iets roder’ vertaald moest worden naar drukkleuren.
Nee, dat gebeurt niet meer. Waarom? Geen tijd, dus geen geld. Maar is dat alles? Terugkijkend naar typografie waakten vakmensen decennia geleden ook over de afstand tussen letter, woorden en regels. De kwaliteit was te variabel, omdat geen enkel proces vast lag in de toen nog ontbrekende intelligentie van de software. Met de komst van DTP verdween dat langzaam maar zeker. Natuurlijk kon een specialist alles doen wat met oude typografische systemen voorheen ook werd gedaan, maar de basisinstellingen waren – op den duur – gewoon goed genoeg om in vrijwel alle gevallen een gemiddeld prima product te kunnen leveren.
Dat is ook met kleur gebeurd. In de workflow is scannen – dus een menselijke interpretatie – geheel verdwenen. En ook de dia met zijn specifieke materiaal eigenschappen, is weg. Het digitaal origineel komt uit digitale (spiegelreflex) camera’s en niemand betwist de kwaliteit daarvan. Het nieuwe ‘origineel’ wordt gewoon als goed beschouwd. Met ISO normeringen en certified PDF workflows hebben we de keten van print- en drukwerk verder geautomatiseerd en gestandaardiseerd. Proeven om de werkelijkheid te beoordelen, worden alleen nog als steekproef gemaakt. Ook hier geen tijd, geen geld, of omgekeerd.
Daarom was het afgelopen week zeer opvallend dat het onderwerp softproofing weer ter tafel kwam. Niemand heeft meer de beschikking over dure monitoren van bijvoorbeeld het toen zo bekende Barco. Overal staan iMacs met consumenten schermen. Ja, je kunt nog wat globale instellingen doen, Apple was immers in de tijd dat zij DTP omarmden de ontwikkelaar van ColorSync. Dus ja, er is nog wel wat te doen, als je wat verder in je systeemvooorkeuren graaft. Maar ik vermoed dat dat niet vaak meer gebeurt.
En wat is het resultaat? Gemiddeld is de kwaliteit van kleur de afgelopen decennia flink toegenomen. Natuurlijk nog wel eens een foutje van een low-res beeld aangeleverd door een webdesigner, maar daarmee heb je het dan wel gehad. De PDF workflows, mits goed ingeregeld, halen al die foutjes er allemaal wel uit. Nee, kleur beoordelen door eens mens op een scherm….. Ik zou er niet meer aan moeten denken. Ik zei in de tijd dat ik wat dacht te kunnen zeggen over grafische producten: ‘Leuk dat we alles kunnen calibreren, het enige wat we niet op elkaar kunnen afstemmen, zijn onze ogen’. En daarmee blijft kleur wel emotie.
dat kleur emotie is en creativiteit in zich heeft, ben ik helemaal mee eens. Met kleur kun je een bepaalde ‘lading’ aan iets geven. Een statement of een ‘belevingsgevoel’. Echter dat kleur een techniek in zich heeft zie ik niet zo. Kleur is een waarheid en kan technisch niet evenaard worden. We kunnen lichtkleuren proberen technisch te evenaren met CMYK of RGB, secundaire en tertiaire kleurtechnieken. Maar het blijven benaderingen afhankelijk van de weerkaatsing en absorptie van licht.